Wie aan de Canarische eilanden denkt, denkt waarschijnlijk niet gelijk aan wijnbouw. Deze eilandengroep ligt ter hoogte van Zuid-Marokko, en dus zal de gemiddelde wijndrinker niet snel denken aan (kwaliteits-)wijnen uit dit gebied. Het tegendeel blijkt echter waar: er komen wel degelijk interessante, spannende wijnen vandaan die het ontdekken waard zijn. We zoomen hier in op Lanzarote, het noordelijkste eiland van de Canarische archipel. Even voorstellen.
Lanzarote is het meest noordelijke Canarische eiland, vlak boven Fuerteventura en een kleine 130 kilometer verwijderd van de Zuid-Marokkaanse kust. Hoewel de hele eilandengroep bij Spanje hoort, is de afstand tot Madrid een stuk aanzienlijker: ruim 1500 kilometer. Bij het noemen van de Canarische eilanden denken velen aan palmbomen, witte stranden en een azuurblauwe zee. Hoewel er zeker delen van Lanzarote te vinden zijn waar je deze ansichtkaart-plaatjes aantreft, betreft het grootste deel van Lanzarote eerder een soort surrealistisch maanlandschap. Tussen 1730 en 1736 was de vulkanische activiteit op Lanzarote namelijk zo hoog, dat een groot deel van het eiland bedolven is onder een dikke laag lava. Niet voor niets luidt de bijnaam van Lanzarote ‘La isla del fuego’; het eiland van het vuur. Het resultaat is een grotendeels kaal, dor landschap met weinig tot geen vegetatie en een verharde laag lava die (met name de westkant van) het eiland bedekt. Niet bepaald het beeld wat je zou verwachten bij een subtropisch klimaat, en al helemaal niet het beeld van een vruchtbaar wijnbouwklimaat.
Maar tegen alle verwachtingen in worden er “gewoon” wijndruiven verbouwd in Lanzarote, en ook nog eens met kwalitatief (zeer) goede wijn als resultaat. Met bovenstaande beschrijving van het landschap van Lanzarote klinkt dat misschien gek, maar het waren juist de reeks vulkaanuitbarstingen die ervoor hebben gezorgd dat de wijnbouw nu floreert. Dat zit zo: door de uitbarstingen tussen 1730 en 1736 werd Lanzarote bedekt in een laag vulkanisch as, door de inwoners picon genoemd. Toen de uitbarstingen eindelijk stopten, en de inwoners begonnen te graven naar vruchtbare grond onder het as, bleek dat de as veel beter water vasthield dan de grond van het eiland zelf. In Lanzarote valt gemiddeld 150 liter regen per jaar, wat nog niet eens de helft is van de gemiddelde neerslag die je nodig hebt voor kwaliteitswijnbouw, namelijk 350 liter. De vulkanische as zorgt er dus voor dat de beperkte neerslag veel langer en beter vast wordt gehouden. Vulkanisch as is ook een stuk minder vatbaar voor hogere temperaturen. Dit zorgt er voor dat de laag vulkanische as minder snel opwarmt dan bijvoorbeeld mergel of kalkhoudende bodems, waardoor het vocht dat wordt vastgehouden in het as veel minder snel verdampt, waar de wijnrank enorm van profiteert. Een laatste voordeel van het vulkanische as is dat er van nature geen andere vegetatie groeit, en er dus voor de aangeplante wijnranken geen concurrentie is van andere vegetatie die ook een deel van het vastgehouden vocht nodig zouden hebben.
Los van de geringe neerslag, is er een tweede klimatologische horde die wijnbouw op Lanzarote extra bemoeilijkt, namelijk de wind. Op Lanzarote staat het grootste deel van het jaar een sterke noordoostelijke wind vanuit de westelijke Sahara. Voor menig toerist (lees: mijn vriendin en ik) zorgt die wind er voor dat de gevoelstemperatuur een stuk lager ligt dan de werkelijke temperatuur, en je dus sneller verbrandt omdat “het helemaal niet zo warm is vandaag”. Wat betreft de wijnbouw kan de noordoostelijke wind dusdanig sterk zijn dat de wijnranken en bijbehorende druiven eronder kunnen lijden en zelfs beschadigd kunnen raken. Ook hier hebben de inwoners van Lanzarote iets op gevonden: elke individuele wijnstok wordt als het ware in een soort gat geplant, hoyos genoemd, met daaromheen een muurtje van stenen in de vorm van een halve maan (dus om de helft van de rand van het gat heen). Deze muurtjes, zocos genoemd, vormen een extra barrière voor de harde wind. Om ervoor te zorgen dat de wijnranken toch een klein beetje profiteren van de verkoelende invloed die de wind met zich meebrengt, worden deze muurtjes niet dichtgemetseld, maar worden er kleine gaten overgelaten tussen de stenen om zo de wijnrank toch een klein beetje te laten profiteren van de wind. Deze muurtjes worden handmatig aangelegd, en vormen zo dus een behoorlijk arbeidsintensieve bezigheid, maar de resulterende wijnen zijn het harde werk meer dan waard. Los van de wind liggen de meeste wijngaarden op minimaal 100 meter boven zeeniveau, met de hoogste wijngaarden op zo’n 500 meter, wat eveneens voor wat extra verkoeling zorgt, en dus wat meer spanning en elegantie in de wijn.
Lanzarote werd in 1994 een officiële Dénominación de Origen Protegida (DOP), de Spaanse benaming voor wat we in Nederland de Beschermde Oorsprongsbenaming (BOB) noemen. Dit houdt in dat de wijnen van Lanzarote worden erkend als kwaliteitswijn, mits zij aan bepaalde voorwaarden en eisen voldoen (gebonden aan landsgrenzen, maximum opbrengsten, specifieke druivenrassen, etc.). Bij elkaar worden er een kleine 2000 hectaren gebruikt voor wijnbouw in Lanzarote, en zijn er zo’n 20 producenten actief. In driekwart van de wijngaarden staat het druivenras malvasía aangeplant, die ze hier malvasía volcánica noemen. Zo’n 60% van de geproduceerde wijnen uit Lanzarote bestaat uit dit druivenras. Het is een echte alleskunner: er worden witte wijnen van gemaakt die uiteenlopen van fris en strakdroog, tot vol en houtgerijpt. Er wordt tevens vino naturalmente dulce van gemaakt (de Spaanse tegenhanger van de Franse vin doux naturel), en zelfs mousserende wijn met een tweede gisting op fles (zoals ook gebruikelijk is voor Champagne, Cava en Franciacorta, om er maar een paar te noemen).
Naast malvasía staan er nog een aantal andere druivenrassen aangeplant, zoals de witte moscatel de Alejandría, diego, albillo en verdello, en de blauwe listán negra, tintille, bastardo negro en negramoll. Ook staan er een aantal usual suspects aangeplant als cabernet sauvignon, merlot en syrah, maar de focus van de meeste kwaliteitsproducenten ligt toch echt bij de autochtone druivenrassen. De wijnen hiervan zul je echter niet snel in de Nederlandse wijnspeciaalzaken zien liggen: slechts 5% van de wijnen van Lanzarote wordt geëxporteerd. Verreweg het gros van de productie blijft dus binnen de Spaanse grenzen, en de meeste wijn verlaat zelfs de Canarische eilanden niet. De meeste producenten stellen hun bodega’s maar wat graag open voor bezoekers en liefhebbers, om te laten zien wat voor moois de wijnwereld van Lanzarote te bieden heeft. Uit eigen ervaring kan ik de producenten Los Bermejos, Rubicón en El Grifo van harte aanbevelen, dus mocht je je ooit in deze uithoek van Spanje wanen, schroom dan vooral niet om juist de lokale wijnen een kans te geven. Je zult verrast worden door de waanzinnige kwaliteit die Lanzarote te bieden heeft. Salud!